Met andere woorden

Aafke de Groot

In de rubriek 'Met andere woorden' brengt de redactie werk van dichters die ook arts zijn onder de aandacht van de lezers van dit tijdschrift.

Brieven aan niemand anders

Toon Tellegen, Brielle 1941, heeft een omvangrijk oeuvre van gedichten op zijn naam staan  maar is vooral bekend als kinderboekenschrijver. De mier en de eekhoorn, u weet wel: ‘Misschien wisten zij alles.’ De verhalen uit het dierenbos waarin brieven en taarten een grote rol spelen. Maar Tellegen is ook huisarts net als destijds zijn vader was. “Als mensen wilden dat mijn vader een visite maakte schreven ze hun naam met een griffel op een lei die in de gang hing.”

Ik werd geboren

Ik werd geboren
en iemand kwam aansjokken, zette een ladder
tegen mij aan en klom naar boven
met op zijn rug mijn ziel en mijn gedachten…./

Op zijn vijftiende jaar schreef hij voor het eerst een gedicht. Daarover zegt hij: “Ik geloof dat het over een vierkante bal ging. Ik wist al dat je in een gedicht alles anders moest zeggen dan het in werkelijkheid was.” Terwijl zijn beschouwende dierenverhaaltjes zich zachtmoedig laten (voor)lezen, klinkt zijn poëzie niet bepaald teer. Zij is eerder direct en heeft een absurdistische thematiek.

Waar een wil is

Ik wil het tegenovergestelde van wat ik wil

ernstig is dit 
(maar niet precies)

ik wil het tegenovergestelde zeggen
- -en omgekeerd evenredig weer ontkennen
van wat ik zeg../

 In zijn bundel ‘Schrijver en lezer’ staan de woorden centraal. Wat doet de schrijver ermee? Hij eet ze op of stuurt ze weg, de wereld in. Naast de schrijver komen we in deze bundel telkens de lezer tegen. Soms is deze de schrijver vriendelijk gezind, proberen lezers hem te helpen. Vaak zijn lezer en schrijver twee beelden van dezelfde gestalte, zij  gaan in elkaar over.

De schrijver is het schrijven moe

veegt zijn woorden bij elkaar
verpakt ze in ernst en engagement,
tilt ze op zijn rug
en gaat de wereld in…/