10 maart 2020

Motie over zorgen RM of IBS voor psychogeriatrische patiënten in crisis

Op woensdag 4 maart vond in de Tweede Kamer het VAO Verpleeghuiszorg plaats (Verslag van een algemeen overleg). Tijdens dit plenaire overleg heeft CDA-Kamerlid Evert-Jan Slootweg een motie ingediend over een rechterlijke machtiging of inbewaringstelling voor psychogeriatrische patiënten in crisis.

De motie is op verzoek van de minister aangehouden, wat betekent dat er voorlopig geen stemming zal plaatsvinden. Reden is dat de minister aangeeft dat hij eerst goed in beeld wil krijgen wat er speelt, omdat de geluiden van specialisten ouderengeneeskunde en GGZ Nederland van elkaar verschillen.

Tijdens bovengenoemd overleg bracht de heer Slootweg ook het door het ministerie van VWS geuite voornemen om Korsakov, Huntington en NAH als gelijkgestelde aandoening in een algemene maatregel van bestuur (AMvB) op te nemen, aan de orde. Verschillende rechtbanken nemen geen genoegen met dit voornemen. Zolang de AMvB nog niet officieel is ingevoerd, volgen zij de wet en geven op basis van de Wzd geen RM of IBS af. Waar eerder nog sprake was van goed geregelde zorg voor mensen met Korsakov, Huntington en NAH op gespecialiseerde afdelingen van verpleeghuizen, ontstaan er nu schrijnende en soms levensbedreigende situaties. De minister heeft geantwoord dat de AMvB in de Staatscourant in mei 2020 zal worden gepubliceerd. Dat lijkt misschien dichtbij, maar het betekent dat patiënten en artsen nog twee maanden in onzekerheid verkeren. Het ministerie van VWS geeft aan dat dit niet sneller kan, omdat de AmvB nog langs zowel de ministerraad als de Raad van State moet alvorens het besluit in de Staatscourant kan worden geplaatst. Wij hebben benadrukt dat in dit geval geldt “hoe sneller hoe beter”.

Op 11 maart heeft het langverwachte overleg plaatsgevonden met betrekking tot de crisisdiensten, IBS en RM. Dit naar aanleiding van de brief van Verenso en op initiatief van VWS. In het overleg hebben we de acute problematiek op tafel gelegd. Graag lossen we de problemen in het veld samen op. Maar niet alleen voor de lange termijn, ook voor de korte termijn. Het kan wat Verenso betreft niet zo zijn dat artsen onder druk worden gezet. Dat is in een aantal regio’s nu wel het geval. Door ActiZ, VGN, GGZNL en VWS is in ieder geval toegezegd om met ZN in gesprek te gaan over het verbeteren van de randvoorwaarden waaronder professionals hun werk moeten doen. Denk hierbij aan zaken als het beschikbaar zijn van voldoende bedden om patiënten naar toe te leiden. En aan het bekostigen van de activiteiten die professionals ondernemen. Over “wie doet wat in het overgangsjaar en daarna” wordt nog doorgesproken. In de gesprekken gebruiken we hierbij de bij ons bekende goede voorbeelden van samenwerking, zoals bijvoorbeeld die van de regio Kennemerland. Heeft u zelf een goed voorbeeld, dan horen wij dat graag!

Meer informatie: Inge van der Stelt

 

Naar nieuwsoverzicht