App Icoon

Klaar, naar Verenso tijdschrift

Buiten de kaders - verslag -

Symposium geriatrische revalidatiezorg

Annette van Kerhof 

Header_Kerkhof.jpg

Op 21 november 2014 sloten wij onze opleiding af tot kaderarts geriatrische revalidatie (GRZ). Tijdens de anderhalf jaar durende opleiding hebben wij gewerkt aan onze expertise en aan diverse vaardigheden zoals het leiden van kwaliteitsverbeteringsprojecten, het zoeken en beoordelen van wetenschappelijke literatuur en het presenteren van inhoudelijke topics uit de GRZ.

We volgden de ontwikkelingen binnen de GRZ op allerlei (waaronder politiek) gebied en droegen bij aan verbeteringen op de werkvloer. Gedurende de opleiding verschoof onze interesse van het volgen van de ontwikkelingen, naar (mede)regie willen nemen hierbij. Elke kaderarts geriatrische revalidatie wil bijdragen aan de verdere ontwikkeling van de GRZ. De één zal dat met name doen binnen de eigen organisatie of keten, de ander gaat zich sterk maken binnen het netwerk van kaderartsen of daarbuiten, richting de politiek c.q. zorgverzekeraars.

Samen beslissen

De eerste stap in regievoering die wij als kersverse kaderartsen hebben gezet, is het organiseren van een symposium GRZ waarbij de uitwisseling met onze managers centraal stond rondom de thema’s  goal setting in de GRZ, triage en ambulante revalidatie.

We startten de middag met een presentatie van Ewout Smit (aioto ouderengeneeskunde VUmc) die zijn onderzoek over shared decision making en goal setting besprak. Het werken met SMART- doelstellingen die expliciet samen met de patiënt zijn opgesteld, verhoogt de therapietrouw en daarmee waarschijnlijk de resultaten die behaald worden. We discussieerden over de wijze waarop men als arts invulling geeft aan deze methode van shared decision making. De (kwetsbare) oudere patiënt is immers niet altijd gewend om zelf de regie te nemen en nauw betrokken te worden bij het eigen behandelplan. De arts draagt bij aan het overeenkomen van haalbare doelen ten bate van terugkeer naar huis en optimale participatie in de thuissituatie. Duidelijk werd dat goede doelstellingen geen mal zijn: het is telkens maatwerk om goed aan te sluiten bij datgene wat voor de individuele patiënt belangrijk is.

Vanuit huis revalideren

Daarna leidde Hylco Bouwstra (specialist ouderengeneeskunde, kaderarts GRZ) de discussie met de managers over de ambulante GRZ aan de hand van stellingen. Over een aantal zaken waren we het al snel eens. Ambulante revalidatie leidt tot het beter kunnen revalideren, gericht op het participatieniveau en maakt het beter mogelijk in te spelen op problemen in de thuissituatie. Ook het kostenaspect is belangrijk; ambulante revalidatie is goedkoper dan klinische revalidatie. De klinische revalidatie kan korter worden wanneer ambulante revalidatie er op volgt. Daarnaast werd de mening gedeeld  dat opnames voorkomen kunnen worden als de ambulante GRZ wordt opengesteld voor een grotere doelgroep. Bijvoorbeeld wanneer het niet noodzakelijk is dat klinische GRZ voorafgaat aan ambulante GRZ.

Er ontstond een interessante discussie over de stelling of een arts pas adequaat kan werken als hij inzicht heeft in kosten en opbrengsten van de GRZ. Veel van de artsen en managers bleken dit wel wenselijk te vinden. Het devies was: hoe beter we elkaars vakgebied begrijpen, des te makkelijker we communiceren over de beste oplossingen: ‘zorgen voor betere zorg, met minder geld’.

Triage

We sloten de middag af met het onderwerp triage. Dit onderwerp werd belicht door twee specialisten ouderengeneeskunde werkzaam in de triage (Nynke Klaassens en Paul van Houten) en een transferverpleegkundige (Nancy van den Berg). De triage wordt in diverse regio’s van het land op verschillende manieren vormgegeven: middels het multidisciplinair overleg (MDO) in het ziekenhuis, een apart triage moment waarbij de specialist ouderengeneeskunde, de afdelingsarts en de EVV’er een belangrijke rol hebben, triage op papier of triage die door een transferverpleegkundige gebeurt (waarbij de specialist ouderengeneeskunde  alleen op indicatie een rol speelt).

Het was ons allen duidelijk dat de rol van de specialist ouderengeneeskunde zeer belangrijk is bij de triage. Het is een complex proces waarbij de beslissingen grote consequenties hebben voor de patiënt. De beslissing behelst niet alleen de vraag of een patiënt al dan niet in aanmerking komt voor de GRZ. Waar is een patiënt wel op zijn plek als hij niet in aanmerking komt voor de GRZ? Er verandert veel in de langdurige zorg en in de eerste lijn. Tot wanneer wordt de ZZP 6 (met of zonder behandeling) nog afgegeven? Wat is dan de rol van de huisarts en van de specialist ouderengeneeskunde? Een ZZP9b wordt in sommige delen van het land wel toegekend door het Centraal indicatiestelling zorg (CIZ) en in andere delen niet. Wat te doen met de patiënt die nog niet belastbaar is voor de GRZ, maar dit mogelijk na een aantal weken wel is? De kaderarts geriatrische revalidatie zal in de triage antwoord moeten geven op deze vragen en een zo passend mogelijk (revalidatie) advies formuleren.

Deze middag heeft aan de managers duidelijk gemaakt wat de competenties zijn van de kaderarts geriatrische revalidatie. En hoe beter we elkaar(s vakgebied) kennen, hoe makkelijker we samen aan tafel kunnen om de uitdagingen binnen de GRZ aan te gaan. Deze middag was een inspirerend begin. 

Auteur(s)

  • Drs. Inga Meuleman – Peperkamp, specialist ouderengeneeskunde, Novicare, Helmond
  • Drs. Annette P.A. van Kerkhof, specialist ouderengeneeskunde, kaderarts geriatrische revalidatie, Viareva, Apeldoorn
Reacties
PDF
Genereer PDF document