Opleiding

“Samenwerking met specialist ouderengeneeskunde kan ziekenhuisopnames voorkomen”

Sonja-Vossenberg.png Kees-Iest.jpg Meindert-Dijkstra.png

Sonja Vossenberg is specialist 
ouderengeneeskunde en kaderarts Eerstelijn bij Ouderenpraktijk Friesland

Kees Iest is huisarts in zijn eigen praktijk Huisartsenpraktijk Iest in Leeuwarden Meindert Dijkstra werkt als huisarts bij huisartsenpraktijk Aldlân in Leeuwarden


Steeds vaker werken huisartsen en specialisten ouderengeneeskunde samen in de eerste lijn. Hoe bevalt die samenwerking? En hoe komt dit ten goede aan de kwaliteit van zorg? We gingen in gesprek met huisartsen Kees Iest en Meindert Dijkstra uit Friesland en specialist ouderengeneeskunde Sonja Vossenberg. Zij hebben sinds enkele jaren de handen ineen geslagen als het gaat om de zorg en behandeling van thuiswonende kwetsbare ouderen.

Sonja, waarom heb je ervoor gekozen om als specialist ouderengeneeskunde in de eerste lijn te gaan werken?

“Verpleeghuisgeneeskunde was eerlijk gezegd niet mijn eerste keuze. Aanvankelijk wilde ik intensivist worden, maar door omstandigheden veranderde mijn plan. Via een collega kwam toen het specialisme ouderengeneeskunde op mijn pad, waar ik nog steeds erg blij om ben. Ik besloot over te stappen en de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde te volgen. Daarna heb ik nog de kaderopleiding Specialist ouderengeneeskunde in de eerste lijn gedaan, wat destijds nog in de kinderschoenen stond. Het werken in een verpleeghuis levert al veel uitdagingen op, maar het werken in de eerste lijn is zo mogelijk nog complexer. Ik vind het leuk om mijn expertise in te zetten voor kwetsbare ouderen die thuis wonen en de samenwerking met de huisartsen en de andere zorgverleners in de eerste lijn maakt het extra dynamisch.”

Kees en Meindert, jullie werken beiden als huisarts. Wat is jullie motivatie?

Kees: “Bij mij is het er met de paplepel ingegoten, ik had geen keuze, haha! Mijn ouders hadden een huisartsenpraktijk aan huis en ik ben niet anders gewend dan dat mijn vader nog ‘even een bevalling moest doen’, vijf minuten voordat we op vakantie gingen. Maar alle gekheid op een stokje: het is een bewuste keuze van mij geweest. Ik vind het leuk om van veel dingen een beetje te weten en samen  met de patiënt een deel van zijn leven op te lopen. Ik ben al 28 jaar huisarts en heb daarvan nog nooit een seconde spijt gehad.”

Meindert: “Huisarts zijn is een prachtig vak! Net als Kees zit ik al lang in het vak, nu 27 jaar. Veel patiënten zijn een lange tijd aan je praktijk verbonden, waardoor je mensen goed leert kennen. Van jong tot oud en tot alle lagen in de bevolking. Ik voel me gewoon senang in deze setting.”

De samenwerking tussen een huisarts en een specialist ouderengeneeskunde is nog niet overal dagelijkse kost. Wat is voor jullie de toegevoegde waarde?

Meindert: “Kwetsbare ouderen wonen steeds langer thuis en die trend zet zich alleen maar voort. Dat betekent ook dat je als huisarts te maken krijgt met steeds complexere zorgvragen. Dan is het absoluut een meerwaarde als je de expertise van een specialist ouderengeneeskunde kunt inschakelen. Bovendien speelt de specialist ouderengeneeskunde een belangrijke rol bij advanced care planning: wat is passende zorg en behandeling voor de korte termijn en hoe gaan we om met toekomstige scenario’s? Verder denk ik dat met de hulp van een specialist ouderengeneeskunde een bezoek aan de klinisch geriater vaak voorkomen kan worden.”

Kees: “Ouderen hebben vaak te maken met multiproblematiek en dat maakt een behandeling vaak ingewikkeld. Het is heel fijn om hierover te kunnen sparren met Sonja. Het is prettig als je elkaars expertise kunt aanvullen, daarin zie ik een enorme kwaliteitsverbetering van de zorg.”

Sonja: “Een andere voordeel dat ik zie, is dat ik mensen meestal bezoek in hun thuissituatie. Daardoor kan ik een betere inschatting maken van de situatie dan wanneer je iemand alleen in de praktijk ziet. Ik zie daardoor ook sneller waar het mis kan gaan. Bijvoorbeeld een patiënt met Parkinson die zich verslikt of gemakkelijk ergens over kan struikelen. Daardoor kan ik proactief handelen. Ik probeer de  kwaliteit van leven te verbeteren, de zelfredzaamheid te bevorderen en een opname in het ziekenhuis waar mogelijk te voorkomen.”

Hoe verloopt jullie samenwerking in de praktijk?

Meindert: “Onze samenwerking gaat op een heel organische manier. Sonja werkt een halve dag per week voor onze huisartsenpraktijk Aldlân. Samen met onze geriatrisch verpleegkundige bekijk ik welke patiënten in aanmerking komen voor een consult met haar. Het gaat dan om patiënten met problemen waarvan we denken: dat moet een keer tot de bodem worden uitgezocht en dat vergt meer tijd. De geriatrisch verpleegkundige speelt hierbij een belangrijke rol in het voorwerk. We werken als het ware samen in een soort driehoek en dat bevalt goed.”

Kees: “Samenwerking met Sonja gebeurt op dezelfde basis als bij Aldlân. Samen met mijn praktijkondersteuners bekijk ik welke patiënt in aanmerking komt en die leggen we voor aan Sonja. Zij is bij ons een halve dag in de twee weken aanwezig.”

In wat voor soort situaties neemt de specialist ouderengeneeskunde de rol van hoofdbehandelaar op zich en wanneer blijft dit de rol van de huisarts?

Kees: “Dit is nog niet goed uitgekristalliseerd. Met name door de weinige uren die Sonja bij ons werkt blijft het hoofdbehandelaarschap bij de huisarts liggen, maar neemt Sonja het voortouw in acute noodzakelijke situaties.”

Sonja: ”De rol van hoofdbehandelaar blijft van de huisarts. Door de beperkte aanwezigheid kan ik dit niet op mij nemen. Ik werk mee als medebehandelaar of consulent. Bij de behandeling van bepaalde problematiek, zoals gedragsproblematiek bij dementie, kan ik wel de regie tijdelijk overnemen.”

Kunnen jullie een voorbeeld geven van een recente casus waarin de expertise van de specialist ouderengeneeskunde is ingeschakeld?

Meindert: “Ik had laatst een wat oudere meneer die zowel lichamelijke als psychische klachten had. Het was in eerste instantie lastig om vast te stellen of deze psychische klachten cognitief of psychisch van aard waren. Deze patiënt belde vaak naar onze praktijk, maar we konden hem moeilijk gerust stellen. Toen hebben we Sonja ingeschakeld, omdat deze meneer om een andere benadering vroeg.”

Sonja: “Ik heb deze meneer thuis opgezocht om uitgebreidere diagnostiek te kunnen doen en contact gezocht met de familie ende  thuiszorg. Samen hebben we een behandelplan gemaakt dat aansluit bij de hulpvraag en wensen van meneer en zijn familie. Dit zorgde voor meer rust bij de patiënt in kwestie én bij zijn naasten.”

Hoe zien jullie de toekomst van de ouderenzorg in de eerste lijn?

Kees: “Eén ding is zeker: er zijn veel meer specialisten ouderengeneeskunde nodig om de eerste lijn behapbaar te houden! Dat geldt overigens ook voor huisartsen.”

Sonja: “Ik zie dat de complexiteit van de ouderen thuis en in de verzorgingshuizen snel toeneemt. Mede door schaarste is het van groot belang dat de huisarts en de specialist ouderengeneeskunde samen optrekken in de zorg en behandeling van deze kwetsbare groep. De ontwikkeling van deze samenwerking moet een speerpunt zijn voor de komende tijd.”

Kees: “Wat vaak over het hoofd wordt gezien is dat door het inschakelen van een specialist ouderengeneeskunde veel ziekenhuisopnames voorkomen worden. Dat is natuurlijk een hele goede businesscase waar best eens wat meer aandacht voor mag komen.”

Meindert: “In die businesscase mag dan ook gelijk worden meegenomen wat er aan medicijnen bespaard kan worden. Als ik zie wat ouderen soms allemaal gebruiken… Ik denk dat hier met behulp van de specialist ouderengeneeskunde aardig in gesneden kan worden. Deze weet precies hoe medicijnen elkaar onderling kunnen beïnvloeden en welke niet of juist wel noodzakelijk zijn met het oog op de kwaliteit van leven.”

Sonja: “Wat ik tot slot zou willen toevoegen is dat ik graag zou zien dat de kwetsbare oudere passende zorg en behandeling krijgt, ongeacht waar iemand woont. Naast de samenwerking tussen de zorgverleners vraagt dit ook om aanpassingen van de huidige financiering. Gelukkig worden daarin nu stappen gemaakt. Ook zou ik willen pleiten voor meer wetenschappelijk onderzoek in de eerste lijn, daar ligt nog een hele wereld open."